De gemeente gebruikt de WOZ-waarde vooral voor de onroerende-zaakbelastingen (OZB). Sommige gemeenten gebruiken de WOZ-waarde ook voor: rioolheffing, forensenbelasting en bedrijveninvesteringszones (BIZ). De eigenaren van woningen en niet-woningen en gebruikers van niet-woningen krijgen een aanslag OZB. Gebruikers van woningen krijgen geen aanslag OZB.
Het bedrag van de aanslag OZB is een percentage van de WOZ-waarde. Dat percentage verschilt per gemeente.
Gemeenten gebruiken meestal verschillende percentages voor:
- eigenaren van woningen,
- eigenaren van niet-woningen, en
- gebruikers van niet-woningen.
De OZB wordt van bijna alle onroerende zaken geheven, maar niet van vrijgestelde delen. Over de waarde van vrijgestelde delen wordt geen belasting betaald:
Vrijstellingen voor de WOZ-waarde zijn: openbare wegen, kerken dijken, duinen, natuurgebieden en landbouwgrond.
Er gelden ook vrijstellingen voor de OZB in de Gemeentewet voor: kassen, woondelen binnen een niet-woning voor de gebruikersaanslag niet-woningen en diplomatieke en internationale vrijstellingen.