Inloggen
Wachtwoord vergeten?
Nieuws
Project Modelmatig Waarderen van Woningen succesvol afgerond
19 april 2022
Bron: Project Modelmatig waarderen woningen

Vrijwel elke gemeente herkent het: er is een stijging van het aantal WOZ-bezwaren dat wordt ingediend door professionele bezwaarmakers, die op basis van no cure no pay werken. Daar gaat veel tijd en geld in zitten. Met het project Modelmatig Waarderen van Woningen, onderdeel van de GGU, is onderzocht wat er beter kan.

De WOZ is meer dan een kwart eeuw oud. In die jaren zijn er flinke stappen gezet in de uitvoering. Met als belangrijke efficiencyslag het waarderen van onroerende zaken uitsluitend door de gemeenten, in plaats van door waterschappen, Rijk en gemeenten zoals voorheen. Maar tevreden zijn we nog niet, gezien de flinke proceskostenvergoedingen die betaald moeten worden naar aanleiding van de zaken die door de vele ‘bezwaarbureaus’ worden aangespannen. Riccardo de Boef was namens VNG Realisatie projectleider van Modelmatig Waarderen van Woningen, dat afgelopen december is afgerond. Wat heeft het project opgeleverd?

“Laat ik eerst zeggen dat we met een bezwaarpercentage van 2,4 procent best trots kunnen zijn op de manier waarop wij uitvoering geven aan de Wet WOZ. Anderzijds is er in 2020 circa 17.7 miljoen euro uitgekeerd aan proceskostenvergoedingen. Dat maakt de vraag relevant wat we kunnen verbeteren om de WOZ-waarde voor de rechter hard te kunnen maken. Na de eerste onderzoeken in het project was de conclusie dat er zowel op het gebied van de taxaties, de communicatie richting burger en de vakbekwaamheid van de uitvoerders verbeteringen moesten komen.”

Martien van der Kraan, gemeentesecretaris van Delft en VNG-bestuurslid, zat vanaf het begin aan tafel. “We zijn gestart vanuit de 100.000-plus-gemeenten; daar rees al eerder de vraag om harmonisatie. Toen we verder gingen onder de vlag van Samen Organiseren is de stuurgroep verbreed met uitvoeringsorganisaties die belastingheffing verzorgen voor meerdere gemeenten en ook met waterschappen en de Waarderingskamer. De vraag vanuit de gemeenten was simpel: kan het niet beter en efficiënter, zonder te veel afhankelijk te zijn van technologie en van de markt?

Er zijn vier sporen gedefinieerd:

  1. Communicatie
  2. Waarderingsmodellen
  3. Datakwaliteit
  4. Wet- en regelgeving

Communicatie

Er bleek geen uniformiteit te zitten in de communicatiemiddelen richting de inwoners. Daar is een handreiking voor ontwikkeld voor de gemeenten. Er is ook nagedacht over het uiterlijk van het aanslagbiljet; het blijkt bijvoorbeeld dat het woord ‘aanslag’ nogal dreigend overkomt. Er zijn ook pilots uitgevoerd om te onderzoeken of het taxatieverslag een ander uiterlijk kan krijgen, met name met minder tekst en meer beeld. Op basis van de feedback van circa 2.000 woningeigenaren (via VEH) en gemeenten is daar een taxatieverslag uitgekomen dat momenteel wordt beproefd in gemeente Nijmegen. Bij een succesvolle implementatie zal het vernieuwde taxatieverslag in 2023 door alle uitvoeringsorganisaties (gemeenten en Belastingsamenwerkingen) in gebruik worden genomen. Ook is er met een aantal uitvoeringsorganisaties gewerkt aan een verantwoordingsdocument waarin de uitvoeringsorganisatie onder andere inzichtelijk maakt op welke wijze de waardering heeft plaatsgevonden en welke controles er zijn uitgevoerd.

Waarderingsmodellen

Er is onderzocht of we nieuwe technologie kunnen inzetten bij de waardering van woningen, bijvoorbeeld artificial intelligence. Er loopt een aantal experimenten waarin de computer via machine learning de waarde bepaalt op basis van bepaalde factoren. Bijvoorbeeld, groen in de buurt verhoogt de waarde. Die ‘schaduwwaarderingen’ worden naast de traditionele modellen gelegd om te zien of er verschillen zijn. Uiteindelijk wil de Waarderingskamer er naartoe dat uitvoeringsorganisaties gebruikmaken van een aantal AI-modellen, waarmee de taxateur ondersteund kan worden.

Datakwaliteit

De datakwaliteit moet beter, zo blijkt ook uit het aantal bezwaarschriften dat op grond van foutieve kenmerken gegrond wordt verklaard.  Het verbeteren van de kwaliteit kan onder meer door de WOZ te verbinden met andere basisregistraties. De Samenhangende Objectenregistratie (SOR) is in ontwikkeling; dat is een uniforme registratie met daarin basisgegevens over objecten in de fysieke werkelijkheid. In het project Modelmatig Waarderen Woningen is een uniforme soort- en deelobjectcodering opgeleverd. Doel was om de samenwerking tussen gemeenten te vereenvoudigen. Ook zijn de soort objectcoderingen geschikt gemaakt voor landelijk gebruik in de LV WOZ en is er een duidelijke positionering van de soort objectcodering in relatie tot de SOR. De nieuwe soort- en deelobjectcoderingen hebben wel tot gevolg dat de gemeentelijke applicaties en systemen aangepast moeten worden. De Waarderingskamer is daarover in gesprek met softwareleveranciers. Het streven is dat in 2025 alle uitvoeringsorganisaties gebruik kunnen maken van de nieuwe coderingen.

Wet- en regelgeving

Er is onderzocht of er aanpassingen moeten komen in de wettelijke regelingen. Dat blijkt vooralsnog niet opportuun vanwege een beperkt politiek draagvlak. Op dat vlak zijn er dus nog geen concrete veranderingen te melden.

Alle opbrengsten van het project Modelmatig Waarderen van Woningen zijn met de sector gedeeld. Ook is er gerapporteerd aan Taskforce Samen Organiseren.