Inloggen
Wachtwoord vergeten?
Nieuws
Bezwaar tegen te lage WOZ-waarde voor verkrijgen financiering eigen woning niet ontvankelijk vanwege ontbreken belang
Rechtbank Overijssel, 23 februari 2016, nr. 15/2510, ECLI:NL:RBOVE:2016:617
Samenvatting
X maakt bezwaar tegen de WOZ-beschikking van een twee-onder-een-kapwoning omdat de WOZ-waarde te laag is vastgesteld. De gemeente heeft ambtshalve geconcludeerd dat de waarde te laag is vastgesteld omdat ten onrechte het tuinhuis en de dakkapel niet zijn meegenomen.  De gemeente stelt dat niet is voldaan aan de voorwaarden uit artikel 27 Wet WOZ en dat de waarde daarom niet mag worden verhoogd. De rechtbank overweegt dat op 1 oktober 2015 de Wet tot wijziging van de Wet WOZ in verband met een verruiming van de openbaarheid van de WOZ-waarde en enkele technische aanpassingen (Stb. 2013,129) in werking is getreden. Deze wetswijziging heeft geleid tot een verruiming van de bezwaar- en beroepsmogelijkheden met betrekking tot WOZ-waarden en dat nu ook bezwaar en beroep tegen een te lage WOZ-waarde mogelijk is. Daarbij is echter wel vereist dat iemand belang heeft bij een hogere WOZ-waarde. X verklaart dat het belang bij een hogere WOZ-waarde is gelegen in het verkrijgen van financiering voor de woning. Dat is geen belang dat verband houdt met de doorwerking van een wettelijk voorschrift.  De rechtbank is van oordeel dat de gemeente het bezwaar terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard.
Noot
De jurisprudentie is nog niet eenduidig. Ook Rechtbank Overijssel besliste in haar uitspraak van 23-02-2016 (ECLI:NL:RBOVE:2016:617) dat het bezwaar van belanghebbenden terecht niet-ontvankelijk is verklaard, aangezien zij niet hebben aangetoond een belang als bedoeld in artikel 28, lid 1, Wet WOZ te hebben bij het verkrijgen van een hogere WOZ-waarde.  Anders besliste echter Rechtbank Oost-Brabant 10-05-2016, ( ECLI:NL:RBOBR:2016:2353). Voor het aannemen van een procesbelang is volgens deze rechtbank voldoende dat belanghebbende in beroep een andere (hogere) waarde bepleit dan de gemeente.